Kleine groep in sociale psychologie - de belangrijksteonderwerp van studie. De wetenschappers verzamelden een rijk theoretisch en experimenteel materiaal, dat wetenschappelijke generalisaties mogelijk maakte en een methodologische basis voor de discipline creëerde. Laten we de hoofdpunten bekijken.
Een kleine sociale groep is eeneen unie van persoonlijkheden die direct persoonlijk contact hebben en verbonden zijn door een soort activiteit, verwante of emotionele affiniteit. Haar leden zijn zich ervan bewust dat ze erbij horen en door anderen worden erkend.
Zo'n gemeenschap omvat meestal een klein aantal individuen, en de samenstelling wordt bepaald door sociale kenmerken (leeftijd, geslacht, opleiding, nationaliteit, enz.) En cijfers.
Een kleine sociale groep heeft een andere structuur die kan worden gedefinieerd:
Een kleine sociale groep kan worden ingedeeld volgens verschillende parameters.
Eerst worden, volgens de methode van vorming, de volgende onderscheiden:
Ten tweede wordt de mate van vorming van interpersoonlijke relaties onderscheiden:
Ten derde worden de volgende groepen geclassificeerd volgens het belang van elk individu in hen:
Dergelijke sociale gemeenschappen hebben bepaalde functies:
Binnen de kleine sociale groepen vinden verschillende processen plaats, waardoor de groep van vorm verandert en zich ontwikkelt.
De belangrijkste is groepsdynamiek. Het verwijst naar de processen van groepsdisunity of rallying, de opkomst van formeel en informeel leiderschap, de vorming van normen en regels, de ontwikkeling van informele eenwording binnen de formele, evenals antipathieën en sympathieën.
Bovendien is niet minder belangrijk het procesde vorming van de normen van de bestaande groep, dat wil zeggen, de ontwikkelende gedragsregels van elk individu afzonderlijk. Dergelijke standaarden bevorderen effectieve groepsinteractie en een kleine sociale groep zal meer samenhang vertonen. Door de bestaande regels zal de druk op elk individu toenemen. Daarom kan de groep met zijn hulp iedereen dwingen de regels te volgen, en de integratie van leden in de groep ondersteunen.
Het derde proces is dat in het kleinesociale gemeenschap ontstaat een bepaalde hiërarchie. Er wordt een leider uitgekozen, die zowel formeel, officieel benoemd als informeel kan zijn, wat de groep heeft gekozen. De andere leden van de gemeenschap moeten hun functies en verantwoordelijkheden duidelijk kennen.